Je hebt als huurder een woninghuurovereenkomst afgesloten, maar na enige tijd beslis je om het contract toch vroegtijdig op te zeggen. Kan dit zomaar?
Verschillende mogelijkheden naargelang de duur van een huurovereenkomst
Of je als huurder tot voortijdige beëindiging van de huurovereenkomst van je woning of appartement kan overgaan, hangt in principe af van de duurtijd die in het contract is overeengekomen.
Huurovereenkomsten met een normale duur van negen jaar:
Huurovereenkomsten die onder de Woninghuurwet vallen worden geacht automatisch voor negen jaar te zijn afgesloten:
indien er in het huurcontract geen specifieke huurtermijn is opgenomen
indien er in het huurcontract een bepaalde huurtermijn voorzien is van meer dan drie jaar maar minder dan negen jaar (bijvoorbeeld: een woninghuurovereenkomst afgesloten voor een bepaalde duur van vijf jaar is geldig, maar zal eigenlijk als een huurovereenkomst van negen jaar worden beschouwd)
Als huurder kan je dit soort huurovereenkomst stop zetten op elk ogenblik tijdens de looptijd van het contract, om gelijk welke reden. Je hoeft hiervoor dus geen verantwoording af te leggen aan de verhuurder. Wel is het zo dat je dit slechts kan met inachtname van een opzegtermijn van drie maanden. Deze opzeg wordt ook best via een aangetekende brief aan de verhuurder bezorgd.
Opgelet! Als huurder moet je er wel rekening mee houden dat indien je een huurovereenkomst met normale duur (negen jaar) opzegt tijdens het eerste, tweede of derde jaar van het contract, dat je naast de opzegtermijn van drie maanden tevens een bijkomende schadevergoeding verschuldigd bent aan de verhuurder:
een vergoeding gelijk aan drie maanden huurprijs als je opzegt tijdens het eerste jaar van het contract;
een vergoeding gelijk aan twee maanden huurprijs als je opzegt tijdens het tweede jaar van het contract;
een vergoeding gelijk aan één maand huurprijs als je opzegt tijdens het derde jaar van het contract.
Als huurder kan je je dus aan een gepeperde rekening verwachten als je tijdens de eerste driejarige periode van de overeenkomst zou vertrekken!
Opgelet! Als de huurovereenkomst niet geregistreerd is binnen de daartoe wettelijk voorziene termijn, dan kan de huurder de huurovereenkomst beëindigen zonder dat er een opzegtermijn moet nageleefd worden of enige vorm van vergoeding moet worden betaald!
Huurovereenkomsten met een korte duur (drie jaar of minder)
De Woninghuurwet laat toe dat partijen een huurovereenkomst afsluiten met een bepaalde duur van drie jaar of korter (of verscheidene opeenvolgende huurovereenkomsten waarvan de totale maximale duur niet meer dan drie jaar mag zijn).
In tegenstelling tot de huurovereenkomsten met een normale duur, kan een huurovereenkomst van korte duur niet voortijdig worden beëindigd: noch door de huurder, noch door de verhuurder. Deze huurovereenkomsten eindigen dus doordat de huurder of de verhuurder drie maand voor het einde van de contractueel bepaalde duurtijd een opzegbrief verstuurt.
Wat wél mogelijk is, is dat de partijen in het huurcontract toch voorzien in een (wederzijds) vroegtijdig opzegbeding, maar de geldigheid daarvan kan achteraf altijd door de Vrederechter worden afgetoetst. Wie zo'n beding in zijn huurovereenkomst wenst op te nemen, zorgt er best voor dat het evenwichtig is opgesteld (huurder en verhuurder krijgen gelijkaardige opzegmogelijkheid).
Huurovereenkomsten met een lange duur (meer dan negen jaar)
Indien partijen dit wensen, kunnen zij meteen ook een woninghuurovereenkomst afsluiten voor een periode langer dan negen jaar. Van zodra een huurovereenkomst een looptijd heeft van meer dan negen jaar, moet zij door de notaris worden opgemaakt. Ook deze overeenkomsten kunnen door de huurder voortijdig worden beëindigd: dezelfde regels zijn van toepassing als deze van de huurovereenkomsten met een standaard duur (3 tot 9 jaar).
Andere mogelijkheden voor de huurder om voortijdig te beëindigen?
Indien de huurder vaststelt dat de verhuurder de verplichtingen die volgen uit de huurovereenkomst en/of de Woninghuurwet niet naleeft, kan hij (voor zover de inbreuken ernstig zijn) het dossier overmaken aan de Vrederechter met het oog op de gerechtelijke ontbinding van de huurovereenkomst (waarbij dan eveneens een vordering tot vergoeding van eventueel geleden schade kan worden ingesteld).
Daarnaast is het aan de huurder en verhuurder uiteraard altijd toegelaten om in onderling overleg een einde te maken aan de huurovereenkomst (‘minnelijke regeling’), waarbij van bovenstaande regels kan worden afgeweken voor zover partijen dit wensen. In dat geval raden wij zeker aan om een minnelijk akkoord met betrekking tot voortijdige beëindiging van de huurovereenkomst op schrift te stellen, dit om discussies nadien te vermijden!
Vastgoedadvies nodig?
Contacteer jouw lokale makelaar